Pagina's

maandag 21 februari 2011

(1) Zo Boven, zo Beneden in de Egyptische Tempelritus

De Egyptische religie is letterlijk en figuurlijk kosmisch georiënteerd. Niet een heilig boek, maar de kosmos is primair de basis. De zonnegod manifesteert zich elke morgen in het Oosten. Hij doet elke morgen de slapende herleven. Alle activiteiten beginnen opnieuw. Elke tempel stond met de ingang naar het Oosten gekeerd en waren de twee tempeltorens als het ware de twee bergen, waartussen de zon opging, het 'Lichtland', Achet, zoals de Egyptenaren het benoemden. De tempel en wat men in de tempel deed was als dus een weerspiegeling van het grotere kosmische gebeuren en wat boven gebeurde in wereld van de goden gebeurde beneden ook in de handelingen van de priesters.

Boven de ingang van de poort tussen de pylonen is meestal een gevleugelde zonneschijf afgebeeld. De vloeren van de tempels lopen trapsgewijs naar het heilige der heiligen op. Deze trap stelt de heuvel voor, die in de oertijd uit de wateren verscheen en waarvandaan de zon voor het eerst opging.

Behalve dat deze kosmische symboliek te vinden is in de Egyptische architectuur. speelde deze ook een rol in de riten in tempel rituelen. De riten hadden o.a. ten doel, de periodieke verschijning van de zon in stand to houden. Cha, 'verschijnen' is een werkwoord, dat tevens de naam van de oerheuvel weergeeft. In het Grieks luidde deze uitdrukking 'Epiphanie'. Vele vorsten uit de Hellenistische tijd en ook farao's heetten Epiphanes, de Verschijnende. De Oosterse kerken kennen nog het Epiphanien-feest aan het begin van het nieuwe jaar, dat gevierd wordt, wanneer de dagen gaan lengen.

Hoe verliep een Egyptische tempeldienst? Voor dag en dauw zijn de priesters al opgestaan en beginnen met een ritueel bad in de tempelvijver. Het water daarvan stelt het oerwater voor, waaruit de zon in den beginne van de oerheuvel verrees. Ook voor de priester betekent dit bad een regeneratie, een wedergeboorte tot nieuw leven.

De priesters brengen de offers in gereedheid, die gebracht zullen worden en zetten die in de tempelruimte klaar. De uurpriester en sterrenkijker, de man met astronomische kennis, had plaats genomen op het tempeldak. Op het moment, dat de zon boven de horizon verschijnt, gaf hij een teken, dat aan de hogepriester wordt doorgegeven, die het donkere heilige der heiligen opende en er een olielamp aansteekt voor de kapel met het godsbeeld.

Dit moest precies op tijd gebeuren. Macro- en microkosmos moeten op elkaar zijn afgesteld, anders werkt de rite niet. Het ontsteken van het licht helpt de zon op to gaan. De hogepriester is "hij, die de deuren des hemels opent, om te zien degene, die erin is"

De kapel met het godsbeeld is dus een beeld van de hemel, de woonplaats van de zonnegod. In deze hemel op aarde, in kosmisch verband opgenomen, verricht de hogepriester zijn dienst aan het godsbeeld. Zo wordt het kosmische leven in stand gehouden en is het welzijn van land en volk verzekerd.

Deze rituele handelingen hebben alleen zin, wanneer zij boven zichzelf uit wijzen en een kosmische werking hebben. Zo gezien, zijn de riten vervuld van een enorme dynamiek. Elke handeling, die de hogepriester verricht, heeft een symbolische meerwaarde en verwijst naar wat de mythen over het gebeuren in de godenwereld zeggen. Zo is er telkens een nauwe relatie tussen rite en mythe. Zo is er nauwe relatie tussen datgene wat boven en hetgeen benden is.

In het tempelritueel is er een spreuk bij het openen van de naos met het godsbeeld. De titel is "Spreuk, om het zegel to verbreken". Bij de rite van het wegschuiven van de grendel is er in de spreuk, die daarbij gezegd wordt een woordspel. Zegel heeft in de oud Egyptisch spraak dezelfde basis klanken als vinger. De spreuk heet 'de dbct verbreken' en de hogepriester zegt in feite: "de, de vinger, wordt weggetrokken". Voordat de grendel weggetrokken wordt, moet n.l. eerst het zegel verbroken worden, waarmee de deur van de kapel bij een vorige gelegenheid verzegeld is.

Dit wegschuilen van de grendel verwijst op mythische niveau naar "De vinger van Seth die wordt weggetrokken uit het oog van Horus, zodat het gezond wordt, de vinger van Seth wordt losgemaakt uit het oog van Horus, zodat het gezond wordt".

Wat heeft dit te betekenen? De mythe zegt, dat twee elkaar vijandige goden, Horus en Seth, met elkaar streden. Horus ontrukte aan Seth zijn testikels en Seth beschadigde het oog van Horus. Testikels en oog zijn beide levenssymbolen. Zij ontnamen elkaar de levenskracht.
De mythe zegt, dat het oog van Horus genezen werd, en zo is het oog van Horus eensymbool geworden van het leven, dat zich uit de dood regenereert. De hogepriester verricht met het wegschuiven van de grendel een daad van herstel van het leven. Herstel van het leven van de god, dat is eigenlijk de zin van de gehele offerdienst.

Voor een Egyptenaar was overeenkomst van klank al een wezenlijke overeenkomst. Alleen al door het gebruik van het woord dbc(t) wordt een relatie gelegd tussen rite en mythe. De rite van het openen van de kapel is een van de 66 episodes, waarin het gehele ritueel van de morgendienst is verdeeld, elk met een eigen betekenis en een eigen spreuk. Voldoende stof om een heel veel blogjes over te schrijven.

Op het moment, dat de kapel geopend wordt en de hogepriester het godsbeeld tevoorschijn haalt, en terwijl de zon daarbuiten bezig is, zich boven de horizon to verheffen, zet een priesterkoor een morgenhymne in: "Ontwaak, grote god, in vrede. Ontwaak', gij zijt vredig". Deze regels worden als een litanie herhaald . Zij zijn een wekroep tot de zonnegod gericht. De ogen, de wenkbrauwen, het gezicht en alle lichaamsdelen van de god worden afzonderlijk met deze wekgroep tot nieuw leven gebracht.

In het heilige der heiligen bevond zich de kleine kapel, waaruit de hogepriester het beeld van de god to voorschijn haalde. Verder zijn daar een kleine boot, waarin de zonnegod langs de hemel vaart, en die ook bij processies werd gebruikt, een kist met cultusvoorwerpen en stukken linnen, een olielamp, die de priester bij zijn handelingen licht verschaft, en een offertafel.

De hogepriester ging met een schaal terug naar de afdeling van de tempel, waar priesters op ronde tafeltjes de offers hadden gereedgezet. Zij bestonden uit broden, koeken, stukken vlees, groenten en vruchten. De hogepriester nam alleen een brood en een koek op de offerschaal mee terug en plaatste die voor de god in het heilige der heiligen. Wat aan de god als materieel voedsel werd voorgezet, wordt immers door bet godsbeeld niet werkelijk geconsumeerd. Het offerbrood werd geconsacreerd met wierook en libaties van wijwater.

Wierook heet in bet Egyptisch sntr en het woord voor god is ntr. De causatiefstam sn r betekent dus letterlijk "goddelijk maken". Door de riten van wieroken en libaties wordt het gewone brood goddelijk gemaakt. De riten bewerken zoiets als een transsubstantiatie.

Wat aan de god wordt aangeboden, is zijn eigen goddelijke substantie. De god wordt met hetgoddelijke versterkt. In bet offer ontvangt de god zijn eigen wezen. Er is nog een andere Egyptische visie op het offer. Het eigenlijke van het offer is niet de stoffelijke empirisch waarneembare buitenkant. Het brood is drager van een onzichtbare levenskracht, de ka. Ook een mens en een god zijn dragers van ka.

De teksten zeggen van tempel en dodenoffers, dat ze aan de ka worden aangeboden. De ka van de god wordt met de ka van het offer gesterkt en de god kan weer als god functioneren. Dit zou de innerlijke dynamiek van het offer genoemd kunnen worden. Het woord ka is soms ook een term voor voedsel. Het wezenlijke van het offer is niet op bevinding berustend.

De god in het oude Egypte is voor zijn functioneren op het offer aangewezen. God en mens waren wederzijds van elkaar afhankelijk. Deze opvatting kon soms tot krasse uitspraken leiden. Men kon de god ermee bedreigen, dat hij geen offers zou ontvangen, wanneer hij een gebed niet verhoorde, een staaltje van theurgie, het dwingen van de god.

In een dodenspreuk (Sarcofaagteksten Spreuk 146) gaat het over de wens, na de dood met zijn familie verenigd to worden in het hiernamaals. Goden van Heliopolis worden aangeroepen met de woorden:

"O Re, O Atoem, O Geb, O Noet, ziet deze NN, die naar de hemel, de aarde en de wateren gaat, om zijn familie to zoeken ...
Mogen met NN zijn kinderen en zijn concubines verenigd worden ...

Maar als er vertraging, verhindering of aarzeling is, om aan NN zijnvader terug to geven en zijn moeder vrij to laten ....

dan zal men de scepter van Re wegnemen, dan zal men de stukken vlees van de offertafels der goden verwijderen, dan zal men geen koeken meer offeren, dan zal men geen wittebrood meer bereiden, dan zal men Been ribstukken meer leveren aan de slachtplaats van de god".


Zulke teksten werpen een bepaald licht op het gedrag van de offeraar en zijn houding tegenover de goden. Wat een priester voor de god doet, is hetzelfde als wat een dienaar voor zijn heer doet bij diens verzorging in de morgen: baden, aankleden, zalven en spijzigen.

In de tempeldienst heeft dit alles een rituele meerwaarde. Het aankleden van het godsbeeld bestond uit het bekleden met vier banden van het fijnste linnen in de kleuren wit, blauw, groen en rood.

Behalve van het oog van Horus als levenssymbool, waarbij vele offers alleen als "oog van Horus" werden aangeduid, is er nog sprake van het Maat-offer. Maat is een woord, dat juistheid of gerechtigheid kan betekenen, maar dat ook een aanduiding is van de vaste kosmische orde, waardoor de schepping in stand blijft.

Het is die orde en regelmaat, die door de vaste omloop van de zon wordt gevestigd. Maat wordt dan ook de dochter van Re genoemd. Zij behoort tot het wezen van de god. Ook hier wordt in het offer aan de god aangeboden wat wezenlijk voor hem is. Soms wordt dit offer zo afgebeeld, dat de koning een klein beeldje van de godin Maat aan de god aanbiedt. Re, de zonnegod, vestigt Maat, maar hij leeft ook door Maat.

De woorden, die de priester bij dit offer in het ritueel spreekt, luiden;

Ik kom tot u, ik ben de god Thoth,
mijn beide handen dragen Maat ...
Maat is gekomen, opdat zij met u zij.
Maat is overal, waar gij zijt,
opdat ge tevreden met haar zijt ...

Gij komt to voorschijn uit Maat,
gij leeft van Maat,
uw beide armen verenigen zicht met.
Maat, gij maakt, dat Maat op uw hoofd rust en dat zij haar plaats inneemt op uw kruin.

Wat uw dochter Maat betreft,
gij verjongt u door het zien van haar,
gij leeft door de geur van haar dauw ...
gij zalft uw hoofd met Maat ... ,

uw kraag en uw lint zijn Maat,
de kleding van uw lichaam is Maat.
Gij eet en drinkt Maat. Uw brood is Maat, uw bier is Maat.
Gij ruikt wierook als Maat, de adem van uw neus is Maat".


Uiterlijk is bet offer materieel, maar in feite gaat bet om een immateriële waarde, zoals Maat, de kosmische orde, waardoor de god leeft. Maat is de dochter van Re, zij komt uit hem voort, daar Re door zijn vaste loop de kosmische regelmaat vestigt. Zo offert men ook in het Maat-offer aan de god zijn eigen wezen.

Een late tekst in de tempel van Philae zegt van de koning, die Amon het Maat-offer brengt, dat "hij tot voor het aangezicht van de god diens doorluchte wezen doet naderen"

Nadat alle handelingen volbracht zijn, plaatste de priester het beeld van de god weer terug in de kapel, die hij nog een keer bewierookt. Hij verliet bet heilige der heiligen achteruitlopend en zijn voetsporen met een bezem uitwissend, zodat niets menselijks achterbleef.

Behalve deze morgendienst waren er ook nog dagelijks een middag- en een avonddienst. De riten daarbij waren veel beperkter en het heilige der heiligen bleef gesloten. Hoofdzakelijk ging het om plengoffers en wierookoffers bij de kapellen van de nevengoden, die in de tempel van de hoofdgod werden vereerd.

Dit is het eerste deel, uit een serie van blogjes, over de dagelijkse tempelrites in het oude Egypte.
Zie ook:
Deel twee. over de rituelen voor de minder belangrijke Egyptische goden.
Deel drie. over de rituelen rond dood en begraven

2 opmerkingen:

  1. J.P.M. Heijdanus22 februari, 2011 11:13

    Kan iemand mij vertellen waarom sommige moderne magiers vanuit het noorden werken, terwijl in het oude Egypte de tempels op het oosten gericht waren?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Omdat het zo aangeleerd wordt. ;)

    BeantwoordenVerwijderen