De bij wordt als symbool beschouwd van onsterfelijkheid, wedergeboorte, vlijt, ordening en organisatie, reinheid en zuiverheid, de ziel, maagdelijkheid en kuisheid, omdat men vroeger meende, dat de bij zich ongeslachtelijk voortplantte. In oude mythen brengen bijen hemelse gaven naar de aarde; de honing geldt ook als de offergave, bestemd voor de meest verheven goden.
Bijen verbeelden de sterren aan de hemel, of worden aangezien voor gevleugelde boodschappers die berichten van de aarde naar de hemelsferen overbrengen. Hier en daar bestaat de uitdrukking: 'Dit moeten we de bijen vertellen...': daarmee wordt bedoeld, dat een belangrijke gebeurtenis als een gebed of een boodschap naar de hemelse geesten moet worden overgebracht.
Bij de Chinezen waren de bijen het symbool van arbeidzaamheid en spaarzaamheid.
Bij de Egyptenaren waren zij 'levengevers'; vandaar dat zij symbool waren voor geboorte, dood en wederopstanding; de tranen van de zonnegod, die op de aarde terechtkwamen, veranderden in werkbijen.
Bij de joodse sekte der Essenen werden de bijen beschouwd als priesterlijke ambtenaren.
Bij de Grieken symboliseerden ze ijver en welstand; daarnaast onsterfelijkheid (omdat men geloofde, dat de ziel van een gestorven mens in een bij kon binnengaan); reinheid: de godin Demeter had als eretitel: 'reine moederbij'; soms werd ze ook wel als bijenkoningin betiteld en de priesteressen droegen dan de titel 'melissa's' (= honingbijen); de Pythia in Delphi heette ook wel de 'Bij van Delphi'; daarnaast waren de bijen ook de Vogels der Muzen: zij werden dus ook gezien als de inspiratie voor de kunstenaars; van Zeus wordt verteld dat hij in een bijengrot is geboren en door bijen is grootgebracht; soms is de bij ook de bezorger van de liefde: ze zwermen rond Cupido die door een bij is gestoken (variant voor de beroemde pijl...!).
Bij de Hindoes vormt de bij gezeten op een lotusbloem het symbool voor Vishnoe, de alomtegenwoordige godheid; blauwe bijen op het voorhoofd zijn symbool van Krishna; ook hier worden bijen in verband gebracht met liefde.
In de wereld van de Islam worden de gelovigen wel als bijen afgebeeld; daarnaast is de bij ook symbool van de intelligentie, de wijsheid en de onschuld; bijen zijn nuttig, maken gebruik van de vruchtbaarheid, werken overdag, verbruiken zelf niets, verafschuwen vuiligheid en achterklap en zijn gehoorzaam aan de heerser(es); zij haten het duister van de onbescheidenheid, de wolken van de twijfel, de storm van de opstand, de sluier van wat verboden is, het water van de overvloed, en het vuur van de lust, aldus de mohammedaanse denker Ibn al-Athir.
Bij de Kelten geldt de bij als symbool van een geheime wijsheid, die afkomstig is uit een andere wereld.
Bij de Romeinen zijn bijenzwermen voorboden van ongeluk, maar volgens de romeinse dichter Vergilius is de bij de adem van het leven; de politicus Seneca moet bij bijen denken aan democratie.
In de christelijke cultuur is de bij symbool van de ijver, van ordening en organisatie en van reinheid; van kuise maagden, moed, gezond verstand, samenwerking, zoetheid, gelovig kunnen spreken; van de goed georganiseerde geloofsgemeenschap; de bij was symbool voor de maagdelijkheid van Maria die Christus heeft voortgebracht: hier wordt Christus dan weer vergeleken met hemelse honing; van de bij geloofde men, dat zij nooit sliep, zodat ze ook symbool werd van de waakzaamheid en van de geloofsijver der christenen; omdat de bij door de lucht vliegt werd zij ook gezien als belichaming van de ziel die naar de hemel opvliegt om er binnen te gaan.
In de christelijke kunst worden minstens drie heiligen afgebeeld met een bijenkorf:
1. Verreweg het vaakste vindt men de bijenkorf bij Ambrosius, bisschop van Milaan († 397; feestdag: 7 december, de dag van zijn bisschopswijding in het jaar 374; hij stierf op 4 april); hij was beroemd om zijn honingzoete preken; ook de betekenis van zijn naam doet daaraan denken: 'vol van amber (= godenspijs)': hij heeft de bijenkorf als attribuut dus te danken aan zijn preekkunst.
De legende van Ambrosius:
In de tijd, dat de dienaar Gods, Ambrosius, nog maar een kind was, openbaarde zich de hand van de Heer.
Op een dag - aldus de legende - werd hij als baby in zijn wiegje buiten in de tuin van zijn vader's ambtswoning gezet. Het kind sliep met de mond open. Plotseling kwam er een zwerm bijen aangevlogen en ging over zijn hele gezicht zitten. De bijen vlogen zelfs zijn mond in en uit. Op dat moment het kind toevertrouwd aan de zorgen van het kindermeisje. Zijn vader maakte juist een wandelingetje in de tuin samen met zijn vrouw of met zijn dochter. Het kindermeisje kwam in paniek aangehold. Toen vader in allerijl kwam kijken, verbood hij haar de bijen weg te jagen. Hij was namelijk bang dat ze het kind dan weleens kwaad zouden kunnen doen. Tegelijk was hij als liefhebbende vader nieuwsgierig hoe dit wonder zou aflopen. Na een poosje vlogen de bijen weer weg. Ze gingen zo hoog de lucht in, dat ze met het blote oog niet meer te zien waren. De vader was verbluft en sprak: "Als dit kind in leven blijft, zal er iets heel groots uit hem groeien."
Zo moest vervuld worden wat geschreven staat: "Wijze woorden zijn als honingraat."
Het was namelijk de zwerm bijen die ervoor gezorgd heeft, dat wij nu zulke mooie geschriften van hem bezitten, waarin zo prachtig de hemelse vreugde wordt bezongen en die de geest van de mensen weten te verheffen van het aardse naar het hemelse.
Overigens komen we in de Griekse mythologie ditzelfde gegeven tegen bij Pindarus. Als jongen was deze Pindarus eens onderweg naar Thepsiae. Het was hoogzomer, en op het heetst van de dag werd hij door vermoeidheid en slaap overvallen. Daarom ging hij gewoon even in de berm langs de weg liggen. Maar in zijn slaap kwamen er bijen aangevlogen; ze bleven enige tijd zitten en toen ze weer wegvlogen, lieten ze honingzoete was op zijn lippen achter. Zo komt het dat van dat ogenblik af Pindarus liederen begon te maken.
Andere namen weleke verbonden zijn met Bijen:
2. Bernardus van Clairvaux, abt († 1153; feestdag: 20 augustus);
3. Johannes Chrysostomus, bisschop en beroemd predikant te Constantinopel († 407; feestdag 14 oktober); zijn bijnaam duidt op zijn welsprekendheid, want het griekse woord 'chryso-stomos' betekent 'gulden-mond'.
Ook in andere culturen komt de 'bij' in namen voor: Apio (Latijn), Biene (Duits), Imme (Duits/Nederlands), Melissa of Melitt(in)a (Grieks).
Zie ook Melissa.
Bijen op munten en penningen:
Het is mij opgevallen dat het symbool "bij" voor verschillende doeleinden gebruikt wordt op munten en penningen. Niet enkel als symbool van spaarzaamheid of ijver maar ook als symbool van de weerbaarheid, de eendracht, de onsterfelijkheid. Zo kan men de bij vinden op medailles van bank en verzekeringmaatschappijen, als symbool van spaarzaamheid.
Industriemedailles, schoolmedailles en eretekens van de arbeid gebruiken de bij of bijenkorven als teken van ijver. Dit is vrij logisch. In de renaissance echter werd de bijvooral gebruikt werd als symbool van de weerbaarheid. Op verschillende penningen van de lage landen wordt dit kleine insect meestal gebruikt om haar steeklustigheid.
Op medailles en penningen van Vrijmetselaars Loges, waar meestal meerdere symbolen op staan, staatregelmatig een bijenkorf afgebeeld, als teken van eendracht en broederschap.
De strooipenningen die uitgegeven werden tijdens de regeerperiodes van Lodewijk XIV tot XVI, gebruiken regelmatig een bijenzwerm die een bijenkoning volgen. Toen reeds bekend dat een bijenvolk 1 grotere bij had, maar men dacht toen nog dat het de koning van het volk was. Een bijenvolk was het ideale voorbeeld van een volk dat haar koning volgt en beschermt, met hun wapens.
Van de oude Grieken is een 20 seniti muntje gevonden met de afbeelding van een bij. Maar het zijn niet enkel de betaalmiddelen die een bij als symbool dragen. Ook medailles, rekenpenningen, jetons enz. dragen regelmatig een bij als symbool. Soms staat de bij of bijenkorf centraal op de munt. Soms is het maar een klein bijtje als muntmeesterteken (Het munthuis van Straatsburg dat zeer lang een bij als muntteken heeft gedragen).
Er zijn mij nu reeds dan 2500 verschillende munten, medailles en penningen bekend met de afbeelding van de bij.
Het symbool “bij” wordt voor verschillende doeleinden gebruikt werd. Niet enkel voor spaarzaamheid of ijver (zoals ze vooral in de vorige eeuw werden gebruikt), maar ook als symbool van weerbaarheid, de eendracht, onsterfelijkheid, landbouw, nijverheid, kunstvaardigheid, enz.
Vanaf dat de Oude Grieken begonnen zijn met het uitgeven van geld, gebruikten zij vooral dieren als symbool op hun betaalmiddelen. De bij was er als van de eerste welke gebruikt werd op deze munten. Vooral de stad Ephesus heeft decennia lang een bij als muntteken gedragen.
De godin Artemis was de beschermheilige van deze stad. De meest voorkomende symbolen voor deze natuurgodin waren de bij en het hert. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de hogepriester van de tempel van Ephesus de naam droeg van Ηεδδην, wat betekend bijenkoning. Terwijl de maagdelijke priesteressen de naam droegen van Melissea of honingbijen. Er zijn dan ook verschillende typen munten met een bij bekend.
Niet enkel de stad Ephesus droeg een bij op haar munten, maar ook verschillende andere steden. Soms ook als muntteken van de heersende magistraat, zoals op de tetradrachme van Alexander III te Babilon 325 - 323 v.C. . Men vindt het bijtje terug net onder de arm van de zittende god Zeus.
Afbeeldingen van bijen, uit de middeleeuwen, op munten zijn zeer summier en stellen meestal enkeleen Christusfiguur of een heilige voor. Vanaf de Renaissance komt daar vlug verandering in, en vinden we ook weer de bij en de bijenkorf terug op munten en penningen. Enkel mooie voorbeelden uit onze contreien zijn de penningen van Philips de Croy, Hertog van Aarschot en de penning van de familie d’Oyenbrugge te Brussel.
Antwerpen: Filips de Croy, hertog van Aarschot
anno: ca. 1567
De penning van Philips de Croy stelt de hand Gods voor die uit een wolk komt. Hij biedt eenbijenkorf aan met rondvliegende bijen. Als bijschrift: DULCIA MIXTA MALIS geen lief zonder leed (of geen honing zonder steken).
Brussel: penning familie d'Oyenbrugge anno 1630
De penning van de familie d’Oyenbrugge stelt een bijenkorf voor met rondvliegende bijen die wordt aangevallen door een beer. Met als bijschrift: PATIOR UT POTIAR (ik blijf volharden). De reden voor het slaan van deze penning kan misschien gezocht worden in het feit dat de heer d’Oyenbrugge vanaf 1620 tot 1625 schepen was in de stad Brussel. In 1629 en 1630 (het jaar dat de penning is geslagen) zat hij niet in de magistratuur. In het jaar 1635 was hij burgemeester van Brussel.
De Franse koningen gaven blijkbaar nogal graag munten en penningen uit. En ook hier vinden we regelmatig weer een bij terug. Vooral op de penningen “Ordinaire des Geurres” en “Trésor Royal” komt de bij voor als symbool van de monarchie. Meestal staat op deze penningen 1 grotere bij afgebeeld met eromheen vliegende diverse kleinere bijen. Net als bij de Oude Gieken dacht men in deze periode nog dat de bijenkoningin in een volk de koning van het volk was.
Er is steeds maar 1 koningin in het bijenvolk en ze is groter dan de andere bijen. Daarnaast zijn er enkele darren (mannelijke bijen en ook iets groter dan de werksters) waarvan men dacht dat dit de adel van het bijenvolk is. Een mooi voorbeeld is de medaille op afbeelding, waar de koning bovenaan staat afgebeeld met links en rechts het volk dat de bijenkorf (Frankrijk) door dik en dun
zal verdedigen.
Utrecht: rekenpenning
anno 1596
Ook in Nederland komt men een zeer mooie penningen met bijtjes tegen. De rekenpenning uit de stad Utrecht is hier een mooi voorbeeld van. De "hardhuidige" schildpad wordt aangevallen door verschillende bijen. De begeleidende tekst: PERFER ET OBDURA (verdraag en volhard). Deze penning is ontstaan nadat de Utrechtenaren zeer hoge lasten zijn opgelegd geworden door de toenmalige regeerders van Holland. De schildpad steld de stad Utrecht voor en de bijen stellen de lasten voor. Ook hier weer wordt het symbool bij gebruikt als aanvaller.
Madrid: wederinname van de stad anno 1710
Maar ook in de oorlogskunst wordt de bij gebruikt als symbool van weerbaarheid. Als voorbeeld nemen we de medaille van Karel III koning van Spanje. Nadat hij de stad Madrid weer in zijn bezit heeft gekregen laat hij volgende medaille slaan. In het midden een bijenkorf (voorstellend de stad Madrid). Links van deze korf: een zwerm bijen (soldaten) met koning, wegvluchtend. Van rechts komend: een zwerm met koning die de korf in bezit nemen. Met als begeleidende tekst: MELIOR NUNC REGNAT IN AULA (een beter koning heerst nu in het hof). Onderaan de afsnede staat de volgende tekst: MADRITO ITERUM RECEPTO MDCCX (Madrid andermaal in bezit genomen 1710).
Al vanaf de 17e eeuw werden schoolmedailles uitgereikt aan de beste leerlingen die afstudeerden. Vele van deze medailles hadden de bij of een bijenkorf als centrale figuur als symbool van ijver.
Zodra de industrialisatie zijn intrede doet, worden er regelmatig medailles uitgegeven met de bij of bijenkorf als symbool. Een voorbeeld hiervan is de tentoonstellingen van nijverheidsproducten die Koning Leopold I vanaf het bestaan van ons land (om de vijf jaar) organiseerde. Eveneens een mooi voorbeeld is de medaille van 50-jaar Nederlandsche Huishoudmaatschappij. Waarop de nijverheid (steunend op een bijenkorf) gekroond wordt door een vrouw in antiek gewaad.
Vanaf het einde van de vorige eeuw tot WO I werden regelmatig veeprijskampen gehouden. De uitgegeven medailles droegen haast steeds een bijenkorf met rondvliegende bijen. Er zijn er veel van deze medailles bekend. Ook het FAO (Internationaal Voedsel– en Landbouworganisatie) brengt regelmatig medailles uit met de bij als één van de symbolen. Een zeer mooie medaille is de medaille in het jaar van de gehandicapte.
Een bij op een bank– of verzekeringsmedaille is geen zeldzaamheid. Vooral op het einde van de 19e eeuw en vorige eeuw zijn er verschillende van deze medailles geslagen. Het symbool bij wordt hier vooral gebruikt voor haar spaarzaamheid. De bijenkorf op het embleem van de ASLK is er een mooi voorbeeld van
Vanzelfsprekend komen de bij en de bijenkorf regelmatig terug op imkermedailles. Vanaf dat de imkers zich beginnen te verenigen (einde 19e eeuw) ziet men ook regelmatig imkermedailles opduiken. Soms als prijsmedaille bij imkerwedstrijden, soms als herinneringsmedailles van verenigingen.
.:._______________________________________________________.:.
Lees reacties, of laat uw reactie, vraag of opmerking achter, door dubbel te klikken op het woord reacties in onderstaande regel:
op welke afbeelding staat bernardus van clairveau
BeantwoordenVerwijderen