“Alle kerken zijn het zelfde,” zei Rosa tegen me. “Ze zijn gebouwd in een kruisvorm, altaar aan de oostkant. De deur op het westen voor feestdagen en processies, de deur op het zuiden voor de gelovigen en de deur aan de noordkant voor de geestelijkheid. Behalve Mariakerken, die zijn rond, vierkant, achthoekig of ondersteboven, en hebben het altaar in het noorden”.
In de meeste kerken, tempels en ordes vinden we echter het hoofdaltaar of de plaats waar de priester, magus, of voorzitter is gesitueerd in het oosten. Het Oosten is de plaats waar de zon op komt en dus ook symbolisch gezien een plaats van licht.
Als we dan in het midden van zo’n kerk of tempelruimte staan en naar het Oosten kijken, dan is het Noorden aan de linkerkant en het Zuiden aan de rechterkant. De Zon begint zijn baan rond de aarde in het Oosten. Het Zuiden is de plaats waar hij het dichtst bij de hemel is, wat als de geestelijke kant gezien kan worden. Het Noorden is dan de plaats waar de levenskrachten van de Zon het minst zichtbaar zijn, of het meest samengedrukt worden omdat het Noorden door het ontbreken van licht erg koud is. Als iets samengedrukt wordt dan ligt daar een grote kracht in verborgen. Daar vinden we dus de essentie van de meest stoffelijke kant van de schepping. In het Noorden ontstaat de wil om weer een nieuwe dag te laten beginnen.
Bij het Maria Altaar is de werking van de krachten net andersom, daar is de linkerkant de plaats van het geestelijke principe in de materie en de rechterkant is de plaats waar de stoffelijke wereld zichtbaar wordt. Vroeger was het gebruikelijk het Altaar van Maria te plaatsen aan de Noordwand van de kerk, in het gedeelte waar de gemeente zit. Het is nu nog in enkele van onze kerken op deze plaats te zien, maar wordt ook veelal aangebracht aan de noordzijde van de Oostelijke wand langs het Hoofd Altaar. De Noordelijke kant van de Oostwand en het midden van de Noordwand vertegenwoordigen overigens wel twee verschillende principes.
De reden waarom een altaar op het noorden wordt geplaatst heeft aldus een sterke connectie met het element aarde (of met het willen bewerkstelligen van Materiële zaken). Dit kan zijn omdat men zich met het aarde element wil verbinden of omdat het de kant is waarvan uit men werkt om dingen in het stof gedaan te krijgen. Een Maria altaar op het noorden is zo gek nog niet. Tot Maria wordt er immers gebeden voor zaken die met huis en aard te maken hebben, de zorg voor gezondheid de zorg voor familie, de zorg om de kinderen en uiteraard de vraag om zwanger te mogen worden. Allemaal zaken die verankerd zijn met materie, of zaken ver het bewerk stellingen van veranderingen in de materiële omstandigheden waarin je verkeerd.
Een priester, magiër, of voorzitter die zijn altaar in het Noorden opstelt is per definitie dus verbonden met het element aarde, of vertegenwoordigt een sterke aardse kracht vebonden aan de wil. Waarom door sommigen voor deze verbintenis met het noorden wordt gekozen daarover later meer….
Geen opmerkingen:
Een reactie posten